5105
Het Fochteloërveen maakte in het verleden onderdeel uit van de uitgestrekte Smildervenen die ooit grote delen van NW-Drenthe en aangrenzend Fryslân bedekten. Vrijwel het gehele oorspronkelijke hoogveengebied is afgegraven. Het Fochteloërveen lag aan de rand van dit grote veen en bestaat uit een naar verhouding jong en ondiep (tot 2 meter) veenpakket. Er zijn maatregelen genomen om de groei van het hoogveen te stimuleren, zoals het plaatsen van damwanden en het aanbrengen van stuwen. Na een stilstandfase in de veengroei bevat het Fochteloërveen nu een relatief grote kern met actief hoogveen. Het gebied wordt verder gekenmerkt door zijn uitgestrektheid en boomloosheid (buiten de boswachterij aan de noordkant). Het gebied bestaat, naast het levende hoogveen in het centrale deel, uit droge en vochtige heide en vennen, enige graslanden en in het noorden enkele naaldbossen. Ondiep, open water ligt in de Vloeiweiden, Zuidwestplassen en Esmeer. Het Esmeer is een pingoruïne.

Hoofdpunten uit het advies

Uit de NDA blijkt dat de natuur in het Fochteloërveen onder druk staat. Bijzondere planten en dieren zijn afgenomen of verdwenen. Het gebied heeft te maken met verdroging en te veel stikstof. De Ecologische Autoriteit waardeert de goede, grootschalige maatregelen, zoals het aanleggen en verbeteren van kades, die momenteel worden uitgevoerd om de verdroging aan te pakken. Tegelijk is duidelijk dat extra maatregelen nodig zijn om de natuur voldoende te herstellen en te voorkomen dat het gebied verder verslechtert. Verder is belangrijk om goed te blijven onderzoeken waar de grootste kansen liggen voor de ontwikkeling van actief hoogveen. Het gaat dan bijvoorbeeld om maatregelen die zorgen voor minder stikstof en het terugdringen van pijpenstrootje. Ook moet meer gebeuren om exotische planten te bestrijden.

De Ecologische Autoriteit wijst er in haar advies verder op dat er sprake is van conflicterende doelen. Een kernopgave voor het gebied is het herstel van hoogveen. Daarnaast is het gebied aangewezen voor een aantal vogelsoorten. Deze soorten doen het echter juist zo goed in het hoogveen omdat dit in kwaliteit is achteruitgegaan. De Ecologische Autoriteit adviseert vol in te zetten op herstel van het hoogveen en daarnaast de al ingerichte bufferzones rondom het gebied geschikt te maken voor de vogels.

Overige gegevens

Betrokken overheden

Provincie Drenthe (voortouwnemer)
Provincie Fryslân

Overige betrokken partijen

Bosgroep Noord-Oost Nederland
It Fryske Gea
Natuurmonumenten
Staatsbosbeheer

Samenstelling laatste werkgroep

drs. Gert Dekker
drs. Tjeerd Gorter (secretaris)
dr. Annemieke Kooijman
prof. dr. Henk Siepel
ir. Kees Slingerland (voorzitter)

Regio: Drenthe, Friesland


Natura 2000-gebied: Fochteloërveen


Landschapstype: Laagveen- en zeekleilandschap


Natuurtype: N04 Stilstaande wateren, N06 Voedselarme venen en vochtige heiden, N16 Bossen met productiefunctie