5093
De Grevelingen is een voormalige zeearm gelegen tussen Goeree-Overflakkee en Schouwen-Duiveland. Het is sinds de afsluiting door de Deltawerken het grootste zoutwatermeer van Europa en bevat een aantal eilanden waar uitgestrekte, soortenrijke duinvalleibegroeiingen en zilte pioniergemeenschappen voorkomen, alsmede uitgestrekte oeverlanden (onder meer de Slikken van Flakkee) met zilte begroeiingen, graslanden, ruigten, struwelen en bos. Mede dankzij de geïsoleerde ligging van de eilanden (de voormalige zandplaten Hompelvoet, Veermansplaat, Kleine Veermansplaat, Grote en Kleine Stampersplaat) vormt de Grevelingen een van de belangrijkste leefgebieden voor de noordse woelmuis in Zuidwest-Nederland.Om verzoeting tegen te gaan werd in 1978 de Brouwerssluis aangelegd, die in de periode december-maart open staat en die tevens uitwisseling van visbestanden aan weerszijden mogelijk maakt. Het meer is nu relatief arm aan nutriënten en algen en het water is helder. Sinds seizoen 1999/2000 staat de sluis vrijwel permanent open.De Grevelingen is van uitzonderlijk belang voor visetende watervogels. Het heldere water speelt hierin waarschijnlijk een rol. Voor fuut en middelste zaagbek is dit het belangrijkste overwinteringsgebied in Nederland. Ook voor kuifduiker, dodaars, lepelaar en kleine zilverreiger is het gebied van grote betekenis, terwijl geoorde futen zich in de nazomer verzamelen tot een groeiende ruiconcentratie met internationale aantrekkingskracht en een voor Nederland verder ongekende omvang. Ook voor de brilduiker, benthos/viseter, is de Grevelingen het belangrijkste overwinteringsgebied. Terwijl de kleinere en kustgebonden viseters recent sterk toenamen, is het belang van de Grevelingen voor fuut, aalscholver, middelste zaagbek en brilduiker rond 1999 verminderd, mogelijk in samenhang met het gewijzigde sluisbeheer. Een minder gunstige situatie kan ook ontstaan door het optreden van stratificatie in de diepere delen, die invloed kan hebben op de visstand. Stratificatie is gerelateerd aan beperkingen in doorstroming en peilvariatie. Behalve voor viseters is het gebied verder van belang voor enkele ganzen, eenden en steltlopers, met name brandgans en strandplevier. Voor steltlopers die in de noordtak van de Oosterschelde foerageren is het gebied tevens van belang als hoogwatervluchtplaats. Kanoeten, die wat hogere eisen stellen aan hoogwatervluchtplaatsen (buitendijkse, verstoringsvrije schorren en ondiepten) overtijen bijv. bij Battenoord en Herkingen.Zeer belangrijk broedgebied voor kustbroedvogels van zandplaten en schelpenstrandjes (kluut, bontbekplevier, strandplevier, grote stern, visdief en dwergstern).

Hoofdpunten uit het advies

De Ecologische Autoriteit heeft vijf adviezen uitgebracht over de natuurdoelanalyses (NDA's) voor de Oosterschelde, Westerschelde & Saeftinghe, Grevelingen, Krammer-Volkerak en Voordelta. Kenmerkend voor deze Natura 2000-gebieden in de Zuidwestelijke Delta is de natuurlijke dynamiek en de dynamiek veroorzaakt door grootschalige ingrepen, zoals de Deltawerken. Deze ingrepen beïnvloeden de omvang en kwaliteit van de natuur. Deze invloed is nu merkbaar en zal in de toekomst waarschijnlijk toenemen. Naast stikstof hebben onder andere slechte waterkwaliteit en recreatie negatieve invloed op de staat van de natuur.

Rijkswaterstaat heeft in de natuurdoelanalyses vooral naar neerslag van stikstof in gebieden gekeken. Dat was de opdracht, maar op basis van de NDA’s kan de Ecologische Autoriteit niet concluderen of de natuurdoelen worden gehaald. Andere invloeden binnen en buiten de gebieden hebben mogelijk een groter negatief effect op de natuur. Voor een goed beeld van alle invloeden is inzicht in het ecologisch functioneren van het gebied als geheel noodzakelijk.

De Ecologische Autoriteit adviseert allereerst ook doelen voor niet-stikstofgevoelige natuur te onderzoeken om een beter beeld te krijgen van de staat van de natuur en effectieve maatregelen. Ook adviseert de Ecologische Autoriteit om de relaties tussen aangrenzende Natura 2000-gebieden, maatregelen en andere opgaven in kaart te brengen voor een samenhangende aanpak van natuurherstel.

Overige gegevens

Betrokken overheden

Rijkswaterstaat namens ministerie van Infrastructuur en Waterstaat (voortouwnemer)
Provincie Zeeland
Provincie Zuid-Holland

Samenstelling laatste werkgroep

dr. Wilfried ten Brinke
dr. Henk Everts
Daan Jacobs, MSc (secretaris)
drs. Marieke van Rhijn (voorzitter)
prof. dr. Lisette de Senerpont Domis
ing. Rob Vogel

Regio: Zeeland, Zuid-Holland


Natura 2000-gebied: Grevelingen


Landschapstype: Duin- en kustlandschap, Zee en wad


Natuurtype: N08 Open duinen, N09 Schorren of kwelders