5099
De Voordelta omhelst het ondiepe zeegedeelte van de Zeeuwse en Zuid-Hollandse Delta. Het gebied wordt gekenmerkt door de aanwezigheid van een gevarieerd en dynamisch milieu van kustwateren (zout), intergetijdengebied en stranden, dat een relatief beschutte overgangszone vormt tussen de (voormalige) estuaria en volle zee. Na de afsluiting van de Deltawerken is dit kustgedeelte sterk aan veranderingen onderhevig geweest, waarbij een uitgebreid stelsel van droogvallende en diepere zandbanken is ontstaan met daartussen diepere geulen. Door erosie- en sedimentatieprocessen treden verschuivingen op in de omvang van de intergetijdengebieden. Daarbij heeft o.a. de "zandhonger" van de Oosterschelde, maar ook de uitbreiding van de arealen door aanslibbing in de Kwade Hoek effect op de Voordelta (Westplaat). De waterkwaliteit wordt beïnvloed door met name de uitstroming van Rijn en Maas via de Haringvlietsluizen. Mede door deze aanvoer van voedingsstoffen kent de Voordelta een hoge voedselrijkdom. In de randen van het gebied bij Voorne en Goeree liggen een aantal schorren en meer slikkige platen. Verder horen ook de stranden van de Zeeuwse en Zuid-Hollandse eilanden, waar plaatselijk duinvorming optreedt, tot het gebied.

Hoofdpunten uit het advies

De Ecologische Autoriteit heeft vijf adviezen uitgebracht over de natuurdoelanalyses (NDA's) voor de Oosterschelde, Westerschelde & Saeftinghe, Grevelingen, Krammer-Volkerak en Voordelta. Kenmerkend voor deze Natura 2000-gebieden in de Zuidwestelijke Delta is de natuurlijke dynamiek en de dynamiek veroorzaakt door grootschalige ingrepen, zoals de Deltawerken. Deze ingrepen beïnvloeden de omvang en kwaliteit van de natuur. Deze invloed is nu merkbaar en zal in de toekomst waarschijnlijk toenemen. Naast stikstof hebben onder andere slechte waterkwaliteit en recreatie negatieve invloed op de staat van de natuur.

Rijkswaterstaat heeft in de natuurdoelanalyses vooral naar neerslag van stikstof in gebieden gekeken. Dat was de opdracht, maar op basis van de NDA’s kan de Ecologische Autoriteit niet concluderen of de natuurdoelen worden gehaald. Andere invloeden binnen en buiten de gebieden hebben mogelijk een groter negatief effect op de natuur. Voor een goed beeld van alle invloeden is inzicht in het ecologisch functioneren van het gebied als geheel noodzakelijk.

De Ecologische Autoriteit adviseert allereerst ook doelen voor niet-stikstofgevoelige natuur te onderzoeken om een beter beeld te krijgen van de staat van de natuur en effectieve maatregelen. Ook adviseert de Ecologische Autoriteit om de relaties tussen aangrenzende Natura 2000-gebieden, maatregelen en andere opgaven in kaart te brengen voor een samenhangende aanpak van natuurherstel.

Overige gegevens

Betrokken overheden

Rijkswaterstaat namens ministerie van Infrastructuur en Waterstaat (voortouwnemer)
Provincie Zeeland
Provincie Zuid-Holland

Samenstelling laatste werkgroep

dr. Wilfried ten Brinke
dr. Henk Everts
Daan Jacobs, MSc (secretaris)
drs. Marieke van Rhijn (voorzitter)
prof. dr. Lisette de Senerpont Domis
ing. Rob Vogel

Regio: Zeeland, Zuid-Holland


Natura 2000-gebied: Voordelta


Landschapstype: Duin- en kustlandschap, Zee en wad


Natuurtype: N08 Open duinen, N09 Schorren of kwelders